You have no items in your cart.

Pelgrimsreis Bulgarije – mei 2023 – dag 9
Rumiana zwaait me uit van station Zverino en ik stap in de boemel naar Vidin, grensplaats met Roemenië in het noorden van Bulgarije. Ik zie het landschap aan me verglijden en doe de ‘afvaart’ met mijn vouwfiets van de ochtend voor mijn geestesoog nog een keer over. De frisste bergochtendlucht blijft zo nog lang in mijn longen hangen. Tegen twaalven eet ik de boterhammen met kyufte die Pop Art House Buurman Mitko me meegaf de avond ervoor. De overstap een half uur later in Vidin is mooi, ik kan nog even yoghurt kopen in een Chranitelki Stoki (levensmiddelenwinkel) op het perron. Wat een contrast met een Kiosk van de Nederlandse Spoorwegen. Dit zijn winkeltjes die je nog veel ziet in Bulgarije, die al vijftig jaar niet veranderd zijn en doorgaans gerund worden door vrouwen. Mannen zie je meer voor de bankjes bij de deur van die winkeltjes koffie consumeren. Deze babitchka staat erop alles in een plastic zakje mee te geven.
De trein naar het Roemeense Craiova vertrekt op tijd. Bij het hek voor het perron moet je je paspoort afgeven, met de boodschap dat je vast in de trein kunt plaatsnemen en ze je je paspoort in de trein aan je teruggeven. Op de minuut nauwkeurig gebeurt dat ook. De douanebeambte vraagt of ik hier kortgeleden ook was? “I remember you”, besluit hij. Klopt ook natuurlijk.
Ossiol uit Finland is twee maanden aan het interrailen en vindt het ook een vreemde procedure. Hij heeft altijd in Helsinki gewoond maar gaat in september in Uolo wonen en studeren, 650 kilometer naar het noorden.
Drie uur verder stap ik in Craiova uit, reserveer een stoel voor de trein naar Arad. Ik fiets door de mooie stad die ik inmiddels al een beetje ken en kom het groentewinkeltje van Maria tegen (zie entr’act). Op het perron kom ik Ossiol weer tegen, hij had al niet goed geslapen wegens een zware snurker in zijn hostel maar deze nachttrein heeft ook geen couchettes meer. Hij gaat een vriend in Bratislava opzoeken.
In de trein deel ik een coupé met Magdalena, een Roemeense verpleegster die terugkeert van bezoek aan haar ouders in de Karpaten. Ze woont inmiddels twintig jaar in Karlsruhe. We praten en kijken samen naar de ondergaande zon over de Donau. Ze gaat naar een conferentie van een Roemeens kerkgenootschap. Ze heeft een diepbeleefd godsgevoel, maar kan zich ook indenken dat iemand anders datzelfde heeft in een ander geloof. Ik geloof dat het antwoord op die vraag bepaalt of iemand fundamentalistisch is.
Ze spreekt ook Roemeens en dankzij haar contact met de conducteur weet ik dat mijn nachttrein naar Wenen wacht op onze vertraagde trein. Het is kwart voor twee ‘s nachts als we afscheid nemen en ik in de klaarstaande trein stap. Geen slaapplaats, wel zitplekken, maar niet genoeg om me op drie stoelen te kunnen uitstrekken. Blijkbaar zit de trein vol met nachtwerkers want de eerste halte verlaat een stoet mensen de trein. De twee stoelen naast me zijn opeens leeg. Ik strek me uit maar wordt met naar het lijkt eindeloze tussenpozen steeds wakker gemaakt door twee grenspolities en een conducteur. Drie uur gaan we echt rijden.
In Wenen fiets ik even van het station weg en ontmoet in een verstild binnenplaatsje in de toch nog vroege ochtend drie joekels van esdoorns. Mooi, schaduwrijk, koel. Ik sta tegen een stam, haal elf keer rustig adem en neem weer afscheid. Wenen heeft een prettig fietspadennetwerk.
Het is ongemerkt dag 10 geworden. Nog twee treinen, dan ben ik in Utrecht.
Nature Access